zondag 20 maart 2011

De diesel van Joe


Gisteravond Bonte Avond. Kamperen in de duinen bij Bream head. Fikken op het strand. Biefstukje op ons meegesleepte rooster. Glaasje wijn erbij. Windstil, blauwgrijze hemel met duizend sterren en een glinsterende branding. De zee trok langzaam weg en het lange vlakke strand bleef nat en spiegelglad en we zagen alles dubbel. De maan bijna vol en een mooie fik van drijfhout. De vakantie is voorbij en we hebben 'm in stijl afgesloten.

Zondagmorgen vonden we onze Pinquin weer in goede staat terug op de werf en kan de arbeid weer beginnen. Na 5900 kilometer in onze bus met bijna 500 liter diesel verstookt, kunnen we in ieder geval niet meer zeggen dat we zo'n verwaarloosbare carbon footprint hebben. Maar we hebben dus mooi wél met onze eigen ogen kunnen zien hoe hard de gletsjers in de Zuidelijke Alpen smelten. Het was een briljante trip. Onze bus heeft ons overal gebracht, zonder mopperen en we hebben hem maar één keer moeten aanduwen, maar toen had het 's nachts gevroren. NZ per kampeerbus is een groot succes. We hebben overal gekampeerd, aan bergmeren, langs rivieren, op stranden, onder hoge bomen, tussen hoge gebouwen, bij oude goudmijnen en naast onze eigen boot.




We hadden het al gemeld, maar het is echt zo: Kiwi's zijn ongelooflijk lief. Zo kregen we zomaar 25 liter diesel kado van een wegwerker aan wie in de middle of nowhere vroegen of er misschien nog ergens een benzinepomp was. In het laatste stadje dat we gepasseerd waren, 40 km terug was de pomp gesloten en dus hadden we onze hoop gevestigd op een gehucht 5 km verderop.
Zijn antwoord: “How many ya got left?”
“About 30 km” zeg ik aarzelend.
“Who's fault is that!?”, zegt hij lachend. “Pull over there!” Hij wijst naar de berm. En hup voordat we het weten giet Joe, want zo heet hij, een gigantische jerrycan leeg in onze tank en wil hij van enige compensatie niks weten. Als hij wegrijdt gooi ik nog snel even 2 biertjes in zijn auto. De diesel van Joe doet het uitstekend, en wij hebben geleerd dat een stipje op de kaart soms geen stadje is met een benzinepomp, maar een verlaten gehucht waar zelfs de oma's en opa's die normaal op veranda's in schommelstoelen zitten, zijn weggetrokken.

We zijn weer aan boord. Het is maandagochtend en we moeten aan de slag, maar het regent pijpestelen. Miek heeft net een appeltaart gebakken omdat mijn moeder vandaag jarig is en ze is nu extatisch omdat we de post aan het openen zijn. Geweldige kaarten, brieven en een heus Jip en Janneke survivalpakket van Patricia. Bedankt! Nu ga ik de bus te koop zetten en hopelijk kunnen we over 2 weken het water in zodat de boot ook weer in zijn element is. Op ons lijstje staan: dek schilderen, nieuwe verstuiverhulzen, schroefaslager, antifouling, lekkages verhelpen, Furlex repareren, stormfok hermaken, logo's en bootnaam laten printen en opplakken, nieuwe babystag maken, roerlager vervangen, ovenfornuis repareren en nog een paar zaken.

Groet
Ben






donderdag 3 maart 2011

Brandhout





De witte bus dendert over het zuideiland. We zitten ondertussen in Queenstown en gaan morgen richting Milford sound. Veel te zien hier, en erg mooi allemaal. Bergen, bossen, rivieren, valleien, doodgereden possums, groensteen, quartz, zilverhoudende ertsen, pleisters, blaren, stinksokken, rotsblokken, watervallen en vooral brandhout. NZ is het land van het overvloedige brandhout.






De westkust is ruig en het strand ligt vol hout. Niet zomaar een beetje hout. Nee kubieke meters van het allermooiste geloogde hout. Meegevoerd door alle rivieren die hier in zee lopen en weer op het strand gespuugd. We hebben al ontelbaar veel prachtige bouwwerken gemaakt van al dit monstrueus gevormde, door de zee gladgestreken aanspoelhout. Met Hans bijvoorbeeld in Okarito. Hans is een vriend uit Amsterdam die hier rondrijd en die we toevallig telkens weer tegenkomen en dan meestal met een kampvuur tot gevolg. Okarito, dat is een piepklein gehucht aan het eind van een doodlopende weg in een natuurgebied. 10 huizen en een natuurcamping. Hans hadden we een dag eerder al gespot in Hokatiko waar hij in een motel zat en wij doodleuk bij hem voor de deur zijn gaan kamperen. Terwijl we op zijn veranda bier zaten te drinken hebben we veel lokale vrienden gemaakt.

In Okarito hebben we gebbqt op aanspoelhout en later op de avond hebben we een gigantisch vuur gestookt op het strand. Het hout ging maar niet op! Een rare ervaring. We zijn ook maar gestopt met meer hout op het vuur stapelen voordat de australische kustwacht ons zou spotten.

Nu zijn we net van een berg af en terug in de bewoonde wereld. We hebben een deel van de Routeburn track gelopen. Deels in de regen. Vannacht was het 8 graden in onze bus. Dat hebben we al 2 jaar niet meer meegemaakt, maar het sliep best lekker.

De groeten, al wolkjes blazend,
Ben

Oh ja! Niet vergeten te zeggen: We staan weer in Zeilen met een verhaal. In het maartnummer. Een echtgebeurd 100%-niet verzonnen verhaal. Gegarandeerd echt waar. En je kunt het gewoon zelf lezen. In de Zeilen. Ik zeg het je.