dinsdag 29 november 2011

De grote vlakte














“Dus we hadden jou ook niet mogen meenemen?” Onze gebruikelijke naïviteit werkt niet in Zuid- Afrika. Toch nemen we deze liftster mee. We rijden al een paar uur door adembenemend groots land. Dreigend onweer torent hoog boven de Drakensberg. Pikzwarte wolken boven felgele graslanden en zwart graniet. Piepkleine stippels in het veld blijken gigantische bruine koeien van dichtbij. De schaal van het landschap is niets wat we kennen. In cultuur gebracht door noeste arbeid van arme zwarten en hun dikke blanke bazen.

Er is niet veel veranderd in de arbeidsverhoudingen sinds de apartheid is afgeschaft. Het kapitaal blijft in handen van een kleine groep. Weldoorvoede aliens zijn we. Veilig vanuit onze huurauto aanschouwen we een verscheurd maar krankzinnig mooi land. Onze liftster werkt op een boerderij en staat al uren op een lift te wachten. Ze kan maar eens per week naar haar eigen huis. De weg is zo leeg als het land dat we doorkruisen. Een snelle blik doet ons besluiten dat we hier niet met een koppensnelster te maken hebben en ik trap op de rem .

Vier minuten later. Vanaf de achterbank drukt een uiterst welbespraakt Zulu meisje – een jaar of 20 is ze, mooi aangekleed- ons op het hart nooit meer lifters mee te nemen. In ieder geval niet in Kwazulu Natal. “ Jullie zijn maf! Ze drukken een mes op je keel, een pistool op je hoofd. Stelen je auto. Laten je naakt in de berm achter. Of erger” Ik kijk haar lachend aan in de spiegel. “En jij dan? Hoe gevaarlijk ben jij?” Een diepe zucht. “ Nee, ik niet nee. Maar.. Nee echt ik meen het. Doe het niet! Beloof het me! Jullie snappen er niets van. Je gelooft niet wat mensen kunnen doen.”

We beloven haar niets en brengen haar netjes naar haar dorp. Toch heeft ze waarschijnlijk gelijk.
De mannen van de jachtclub in Durban drukten het me ook al op het hart. Telkens weer. “In Durban kun je 's avonds niet over straat. Met de auto gaat nog net, maar dan mag je zeker niet uitstappen en altijd je deuren en ramen dichthouden. Ga het risico niet nemen, want je wordt vermoord. Dat is geen grapje” Ze zeggen het echt. De nuance is volledig zoek. Zonder blikken of blozen wordt 90% van de bevolking hier weggezet als genadeloze moordenaars. Na talloze generaties van genadeloze onderdrukking van de zwarte hordes weten de meeste blanken hier momenteel niet zo goed meer waar ze het zoeken moeten. Behalve dan achter hoge hekken.

Zes dagen zijn we het land ingetrokken. Safari, wilde dieren, lege velden, grote vlakten. Indrukwekkend grotesk land. Landstreken waar de helft van alle volwassenen HIV heeft. Armoede naast stinkende rijkdom. De blanke kliek heeft zich verschanst en wacht angstig op wat de zwarte regering nu weer gaat uitspoken. Straatnamen zijn veranderd. Generaals uit het boerenleger verliezen hun pleinen aan zwarte verzetshelden. Piet Retief kan het wel vergeten. De geschiedenis wordt herschreven. De 'winner takes it all' gaat hier niet op, want de blanken houden het kapitaal in handen. Alles behalve de economische macht zijn ze kwijt. Ook daarom is er veel corruptie en nepotisme onder het nieuwe bewind. Het douanekantoor waar we inklaren: Een vrouw ligt onder haar bureau chips te eten. Welkom in het nieuwe Zuid-Afrika.

Dag twee van onze excursie en een gigantische neushoorn dribbelt recht op ons af. Duizend kilo testosteron met een hekel aan auto's. In zijn achteruit gieren we slingerend de heuvel terug op. Dan duikt onze grote belager de bosjes in en is plots verdwenen. Terwijl de adrenaline bijna uit onze oren stroomt bejubelen we de brute kracht van moeder natuur.

Na twee weken Zuid Afrika begint het een beetje te dagen. Dit is geen gewoon land. Overal en alles is hier politiek, terwijl de ervaring van het land en de natuur juist volledig a-politiek zijn. In het natuurreservaat zijn alle door mensen bedachte regels afwezig. Een paar bochten na de neushoorn, de auto opeens omringd door acht leeuwen. “Als ik nu uitstap wordt ik opgegeten”, zeg ik lachend tegen Miek. Een nieuwe ervaring.

Groeten
Ben
















Kwazulu-Natal
klik op bovenstaande foto voor nog meer foto's


toch een luipaard...rende voor de auto langs de bosjes in

donderdag 24 november 2011

Vier van de Vijf

De techniek staat voor niks. Zit ik midden in het Hluhluwe-Imfolosi wildpark de site te updaten. We hebben voor vannacht een hutje geboekt in het Mpila camp. We moeten voorzichtig zijn als we naar buiten willen want de wilde dieren lopen hier vrij rond.

Ruim een week geleden zijn we aangekomen in Durban, Zuid Afrika. Tien minuten nadat de boot vastlag en we voet aan wal zetten, komt Uku, een Letse zeiler aanzetten met bier. A Small Nest en Go Beyond voegen zich erbij. Het is een warm welkom na een lange oversteek. De Blauwe Pinquin heeft ons veilig naar de andere kant van de Indische Oceaan gebracht.

Binnen zes maanden zijn we van Nieuw Zeeland naar Zuid Afrika gezeild. Van New Caledonie, waar vandaan Ben naar de bruiloft van Vincent vliegt, naar Vanuatu. Met moeite laten we deze prachtige eilanden achter ons om via Thursday Island naar Darwin te varen. Na een weekje provianderen en wat reparaties beginnen we aan de Indische Oceaan, toen nog een hele nieuwe oceaan voor ons. Via Cocos Keeling waar we met dolfijnen zwemmen naar Rodrigues. Een tocht met vervelende golven en veel wind, maar minder erg dan van te voren verwacht. Rodrigues verruilen we voor Maurituis maar niet voordat we schildpadden geaaid hebben. Op Mauritius komt Carla de gelederen versterken en shoppen we ons een ongeluk. Als zij van boord is varen we naar Reunion. Hier worden we met open armen ontvangen door Christian, maken we prachtige wandelingen en wachten we op goed weer voor het laatste stuk van de Indische Oceaan. Ik zag er erg tegen op, ik durfde eigenlijk niet verder. Ik was bang voor het weer, de wind en de zee. Niet dat ik enige twijfel over de Pinquin had, maar aan mezelf. Gelukkig viel het uiteindelijk erg mee en zijn we veilig in Zuid Afrika aangekomen.

Sinds onze aankomst hebben we al veel gedaan. De boot ontzilt, een nieuw grootzeil is bijna bestelt, we hebben met lokale vrienden van mijn ouders, Arnold en Anneke ons eerste wildpark bezocht en Durban verkend. Over Durban doen de wildste verhalen de ronde. Het zou er minder veilig zijn dan hier in ons wildpark, maar tot nu toe is het ons alles meegevallen. Al gaan we ons geluk niet beproeven na zonsondergang.

Gisteren hebben we onszelf een weekje vakantie kado gedaan. We hebben een autootje gehuurd en zijn noordelijk gereden. Na een nachtje in de Bushbaby lodge te hebben geslapen ging de wekker om 04.25 uur. Zei ik Vakantie? Het hek van het park gaat om 05.00 uur open en 'dan moet je er echt zijn om de dieren te zien' werd ons aangeraden. Zo staan we iets na vijfen bij de balie. 'Was het druk om 5.00 uur bij het hek?' 'Nee jullie zijn de eersten van vandaag'. En dit is te merken. Het eerste uur zien we niemand maar wel een kudde Gnoes, twee zebra's op de weg en buffels en neushoorns. Zo kunnen we twee van de 'big five' afvinken. De 'big five' is de aanduiding voor olifant, leeuw, buffel, neushoorn en luipaard. Als we even stil staan om een vogel te bekijken, schrikken we opeens op. Om de hoek, zo'n 20 meter voor de auto komt een enorme witte neushoorn recht op ons af. 'Wat moeten we doen?' 'Kijk eens in de folder' en driftig begin ik in het foldertje te bladeren terwijl Ben toch maar achteruit begint te rijden. 'Er staat alleen maar een waarschuwing voor olifanten in' maar ik ben blij als dit grote kolossale beest de bosjes in gaat en wij kunnen passeren. Als we voorbij zijn dribbelt deze gigant weg.

De hele dag rijden we rond. Turend tussen de bosjes, glurend door de verrekijker en vooral veel foto's maken. Als we een zijpaadje in rijden, moet Ben vol op de rem. Er staat een groep van acht leeuwen ons aan te staren. Drie van de vijf. We zetten de auto aan de kant en draaien snel de raampjes dicht. Ze lijken zich niet aan ons te storen want ze gaan lekker in berm liggen tot er nog een auto bijkomt, dan besluiten ze verder te gaan. Bij het vertrek snuffelt een leeuwin nog even aan onze auto.

De big five is nog niet gelukt. De olifant hebben we in de verte gezien, maar het luipaard heeft zich goed weten te verstoppen. Wie weet hebben we morgenochtend meer geluk. Maar met alle nyala's, antilopes, zebra's en giraffes zijn we ook al super blij, om over het prachtige landschap nog maar te zwijgen.

Groeten uit Imfolozi
Miek

donderdag 17 november 2011

Frontje

Oversteek naar Zuid-Afrika


We zijn onderweg van Reunion naar Durban in Zuid-Afrika. Na twee weken op zee zijn we nu 15 mijl van Durban. We kunnen het land bijna ruiken en worden al een beetje nerveus.

Het was een serieuze oversteek, want we verlaten de tropen en gaan naar gematigde streken waar depressies meer invloed hebben. Volgens de stroomatlas hebben we op deze overtocht eigenlijk alleen maar stroom mee. De Indische oceaan 'stroomt' zuidwaarts om Madagaskar heen. In de praktijk trekt de stroming zich hier echter niets van aan. We ondervinden heel veel tegenstroom en dus zijn we veel langer onderweg dan we hadden gedacht. Langs de Afrikaanse kust is de stroom het sterkst. Deze stroom is beroemd en berucht en heet de Agulhas stroom. Momenteel varen we er middenin. Niks aan de hand, we gaan alleen wat harder dan normaal. De wind is gelukkig rustig.

Eergisteren trok er een koufront over ons en hadden we hele dikke wind. We gingen zo hard, zelfs met een 3e rif in het grootzeil, dat het niet meer helemaal verantwoord was. We zijn gaan bijliggen en dat beviel erg goed. De fok bak (aan de verkeerde kant), en het roer helemaal aan lij vastgebonden. Dan is de boot in balans en remt zichzelf af, en lig je opeens redelijk stil, hoe hard het ook waait. De wind gierde en knetterde, de mast trilde, het zeil flapperde maar we lagen heerlijk rustig te deinen op de grote golven die onder ons doordenderden. Wat een verschil met tien minuten daarvoor, toen we met 8,5 knoop als een bezetene door en over het water raasden, de boot trilde in al haar voegen en het buiswater rondspatte alsof we een speedboot waren. De wind gierde nog een paar uur door, en wij lagen heerlijk rustig en konden omstebeurt heerlijk slapen. Na vier uur gooide ik de fok los en gingen we weer verder richting Afrika.

Op de radio had iedereen het al dagen over dat front. Er zijn niet meer zoveel boten over, want de meeste zijn al gearriveerd in Zuid Afrika. De boten die een dag eerder zijn vertrokken, zijn vier of vijf dagen eerder aangekomen. Ze hadden telkens net wat meer wind, betere stroom en niet te vergeten snellere motoren. Wij hobbelen er al twee weken een beetje achteraan. Deze oversteek is de langzaamste tot nu toe, maar we hebben het prima naar onze zin.

Hopelijk zijn we vanavond in Durban en is er plek in de herberg. We hoorden namelijk over de radio dat het er ramvol met jachten ligt. Dankzij de piraten is het hier een gekkenhuis, maar we zijn erg blij dat we er bijna zijn.

groeten
Ben

----------
radio email processed by SailMail
for information see: http://www.sailmail.com

zaterdag 12 november 2011

Schoolreisje

We zijn er achter dat je het op de oceaan ook druk kan hebben als het windstil is. We kwamen gisteren tijd te kort. Op het weerbericht zagen we dat er vrijdag nauwelijks wind was. Windstilte kan erg frustrerend zijn omdat je zeilen klapperen en je niet vooruit komt. Om deze dag toch snel te laten verlopen hadden we donderdag een paar taken voor vrijdag bedacht. We moesten brood bakken, de Zuid-Afrikaanse gastenvlag maken, het grootzeil bij het tweede rif verstevigen, douchen en water en diesel in de tanks doen. Dit zou een relaxte dag vulling zijn, als het hierbij zou blijven.

Tijdens mijn ochtendwacht begin ik voortvarend met het brooddeeg kneden en een witte vlag naaien. Ik moet bezig blijven anders raak gefrustreerd over onze snelheid. We gaan op de motor maar met 2 knopen de goede kant op, omdat we ook zo'n 2 knopen stroom tegen hebben. Als Ben wakker wordt gaan we ontbijten en ga ik slapen terwijl de geur van gebakken brood uit de oven komt. Van slapen komt niet zo veel want na 30 minuten roept Ben ' Ik zie een zeilboot aan de horizon...nee, ik zie er twee!' Omdat het twee zeilboten samen zijn weten wij dan dat het A Small Nest en Go Beyond moeten zijn, die samen opvaren. Er wordt over de marifoon wat gekletst tot Willem van A Small Nest vraagt of we ook een stukje vis willen. 'Lekker!' en zo motoren wij langzaam verder in de windstilte terwijl Willem zijn motor een beetje harder zet om met een half uurtje bij ons te zijn. Ben heeft in de tussentijd de Quest-tijdschriften in een zak gedaan en zo vliegt tijdens het passeren een kilo Wahoo onze kant op terwijl de Quests bij hun op het dek belanden. Na een tijdje gekletst te hebben geven zij weer gas en wordt de afstand langzaam weer groter. Nog wat verbijsterd staren we ze na. Zo dichtbij hebben we de afgelopen twee en een half jaar nog geen boot gezien op de oceaan. Een hele nieuwe sociale ervaring rijker.

Na een kwartier horen we Mads en Willem over de marifoon. Go Beyond heeft besloten om tijdens de lunch te gaan drijven en dan ook even te zwemmen zodat A Small Nest weer wat dichterbij kan komen. Dan roept Mads ons ook op om ons ook uit te nodigen voor dit zwemfeestje. We besluiten de motor een beetje harder te zetten. De tijd die dit het kost om de afstand in te lopen gebruiken we om water en diesel in de tanks te doen en het zeil alvast schoon te maken zodat we het later kunnen plakken. Ondertussen lunchen we en doen onze zwemkleding aan. Om iets voor drieen sluiten we aan bij de twee drijvende boten midden op de Indische Oceaan op 28'01.2 Z 42'55,3 O. Het is een onwerkelijk gezicht om twee boten daar te zien drijven. En niet alleen drijven maar ook nog mensen te zien die van die boot afspringen in het water. Nog even is er de angst om te zwemmen in zulk diep water maar dan spring ik er ook in om dan weer snel naar de zwemtrap te zwemmen. Het is heerlijk en stiekem voel ik me heel stoer.

Tijdens een oversteek acht je jezelf alleen op die blauwe vlakte totdat dit verstoord wordt door een boot. In de meeste gevallen is dit een tanker die meestal binnen een half uur weer achter de horizon is verdwenen en waan je jezelf weer alleen. Als je dan twee zeilboten ziet, met wie je ook nog eens kan praten dan is dit beeld wel helemaal verstoord. Van A Small Nest horen we bijvoorbeeld dat Little Coconut, een ander jacht ook in de buurt is, zo'n 15 mijl naar het noorden. En aan de zuidelijke horizon vaart een visser en ten noorden passeert een tanker. Het is druk op deze blauwe vlakte. Tijdens het zwemmen vragen we ons af wat de tanker die ons passeert denkt als hij op zijn radar kijkt. 's Avonds via de SSB wordt deze vraag beantwoord. Op het moment dat wij daar dreven, is net achter de zuiderlijke horizon het Duitse zeiljacht Symi ons gepasseerd en die hadden contact met die tanker via de marifoon. De tanker vertelde haar dat er drie zeiljachten samen leken te dobberen...en dat klopte dus.

Na een half uurtje varen we weer verder en douchen ons nog even zoet af. Go Beyond en A Small Nest volgen ons al snel en halen ons in. Ondertussen is ons zeil schoon en droog en kunnen we het verstevigen om het daarna wee te hijsen. Tegen de schemer verdwijnen onze vrienden definitief uit zicht. Wat een geweldige dag en wat een heerlijke vis. Hoe een 'gewone' zeildag opeens kan veranderen in een schoolreisje op de oceaan. Tegen de avond komt de wind langzaam terug en kan de motor uit. We zeilen weer.

Groetjes van de blauwe vlakte
Miek

28'31.7 Z 41'38.4 O

----------
radio email processed by SailMail
for information see: http://www.sailmail.com

donderdag 3 november 2011

Grote scheur



Het duurde maar een halve seconde en toen was ons grootzeil doormidden. De overtocht van Mauritius naar Reunion was niet eens zo heel ruig. Rustig weer met alleen wat harde wind rond de kapen van de beide eilanden. En rare golven. “WAT MOET JE NOU!!?”, zegt de zee dan en geeft je een flinke duw. Uit het niets maak je dan opeens een schuiver, en drie seconden later is er weer niks aan de hand. Behalve dan dat al mijn speelgoed over de kajuitvloer is uitgestrooid.



Een rare overtocht dus, die eindigde met een paar uur motoren, omdat we met alleen een fok nou eenmaal niet goed aan de wind kunnen varen. De aanloop van de haven van St. Pierre is vrij makkelijk, al is het wel raar om surfers op 20 meter naast je boot achter een gigantische breker te zien verdwijnen.




Inmiddels zijn we al ruim twee weken in St. Pierre. Dat is een middelgrote tegen een glooiende helling aangebouwde stad, die zich koestert in tropische temperaturen, met een prachtig strand en inwoners van zeer diverse pluimage. Hoewel er veel wordt gesurfd is er hier relatief weinig toerisme, maar de locals hebben geen toeristen nodig om een uiterst plezierige vakantiestemming te creëren. We voelen ons hier zeer op ons gemak.





Nog geen tien minuten in de haven en we hebben al vrienden gemaakt met Christian die ook een zeilboot heeft in de haven. Hij blijkt een geweldige kerel. Zijn vrouw komt ons de volgende dag uitnodigen voor een zondagje naar hun buitenhuisje in de natuur. Daar leren we de lokale creoolse cuisine van ze kennen. De kurkuma van het eiland is daarbij onmisbaar en bovendien heel lekker. Onder supervisie hak ik mijn eerste bananenboom om, en ik toon me een ware beginner bij het onderdeel vang de avocado. Christian klimt hoog in de boom en wrikt met een lange tak de gigantische avocado's los. Ik moet ze dan opvangen met een plastic zak in mijn handen. Het is de Ted de Braak-show voor gevorderden, en als de Avocado te hard valt barst hij open en dat is natuurlijk zonde. Bijkomende hindernis is de helling waartegen de boom staat, ik struikel een paar keer bijna een paar meter naar beneden. De oogst maakt alles de moeite waard. We eten al bijna twee weken avocado in bijbelse hoeveelheden.



We kopen een buskaart en wandelen ons suf in de natuur. Mijn franse tong begint ook weer wat los te komen en we beginnen ons langzaam steeds meer thuis te voelen. En dat is natuurlijk gevaarlijk, want we moeten weg. De oversteek naar Zuid Afrika wacht namelijk op ons. We hebben het hier zo naar de zin dat we daar eigenlijk wel een beetje tegenop zien. Afgelopen maandag begon het geroezemoes over vertrekken. “ Woensdag gaan we!”, hoorden we menig schipper zeggen. Een teken voor ons om ook mar eens in de weerkaarten te duiken. Een ijverige wolk bootvlijt trok over de haven en alle cruisers begonnen koortsachtig alles in gereedheid te brengen. De weerkaarten zien er inderdaad goed uit, al kunnen we geen enkel nuttig ding zeggen over het laatste deel van de tocht, en dat is nu juist het engste. Toch duiken wij ook in de activiteiten en na twee dagen kunnen we zeggen dat we denken dat we er klaar voor zijn. Het derde rif is weer eens uitgetest, kotterstag en stormfok geprobeerd, motor gechekt en proviand ingeslagen. De ananassen liggen hier nu hoog opgestapeld aan boord en we hebben een berg groenten gekocht waarachter je een illegale vluchteling zou kunnen verstoppen.




Donderdag gooien we de trossen los en laten we een fantastisch eiland achter ons, op weg naar een nieuw continent. We mikken op Durban en hopen daar over een week of twee zonder kleerscheuren aan te komen.

Groeten
Ben