woensdag 28 september 2011

“Sorry voor het uitroeien”


Bij aankomst op Rodrigues worden we met gejuich ontvangen door de zes jachten die hier al liggen. We ankeren voor de kade, in een in het rif uitgehakt bassin. Van onze vrienden van Momo krijgen we een welkomstpakket met verse tomaten en stokbrood. De officials zijn erg aardig en zeer efficiënt. Het is vier uur geweest en ze willen naar huis. We moeten meer dan twintig formulieren invullen, en met hun hulp werken we die stapel binnen twintig minuten weg. Dan is het tijd voor een feestje. Deze oversteek hadden we graag achter de rug. We hebben hem pijlsnel gedaan (5,9 knoop gemiddeld) en zijn blij dat (vrijwel) alles heel is gebleven. We verheugen ons op een zoetwaterdouche om alle zoutkorsten weg te spoelen.





Rodrigues is een kleurrijk eiland. De populatie is een mengelmoes van Indiërs, Aziaten en Afrikanen, met her en der een Europeaan. De officiële taal is Engels, maar er zijn er maar weinig die dit ook spreken. Creools en Frans zijn de talen die je op straat hoort en die iedereen spreekt. De prijzen zijn weer laag en dit is de reden dat wij ook vakantie hebben. We zijn al tweemaal uit eten geweest en een keer op excursie. We zijn op excursie geweest naar een park met schildpadden en kalksteen grotten vol met stalactieten en -mieten. Het leuke aan deze grote schildpadden is dat je ze mag aaien. Als je dit doet rekken ze zich zover mogelijk uit en gaan op het puntje van hun tenen staan. De huid is koud en rimpelig, een voedende dagcrème zou geen overbodige luxe zijn.




Aan het begin van de zeventiende eeuw kon je hier letterlijk over de schildpadden lopen. Er leefden er tienduizenden. Binnen 60 jaar waren de meesten uitgeroeid. Opgegeten door voornamelijk Hollandse zeelieden. De voorzichtige pogingen om weer een populatie op te kweken weerhouden ons ervan om ons als echte Hollandse zeelieden te gedragen. Toch moet zo'n schildpad heerlijk smaken en je kunt ze erg lang goed houden aan boord. Als je met Engelsen spreekt over schildpadden is er snel verwarring. Engels is meestal de taal van efficiëntie en weinig woorden, maar zover wij weten is het de enige taal waarin een duidelijk verschil wordt gemaakt tussen land- en zeeschildpad. Tot ons bezoek aan de Galapagos noemden we alles gewoon ' Turtle' . Maar voor Engels-sprekenden bestaat er een groot verschil tussen een Turtle of een Tortoise. Ook al zijn de laatste bijna uitgestorven en vind je ze vooral in toeristische wildparken. Daar mag je zelfs als Hollandse zeelieden gewoon naar binnen om ze te aaien en om ze in te fluisteren dat je het heel erg vindt wat onze voorvaderen met hun overgrootouders hebben uitgespookt.


groeten
Ben en Miek


Geen opmerkingen:

Een reactie posten