Ik vroeg me altijd wat jaloers af hoe die wereldzeilers dat toch deden. Ervandoor gaan met een boot, de oceanen navigeren, al je spullen verkopen en je thuis achterlaten. Dat is toch heel ingewikkeld? En ontzettend moeilijk? Je boot uitrusten voor de wereldzeeen, radio-apparatuur en licenties regelen, epoxyhars bekertjes en reservelijnen meenemen, kaarten kunnen lezen en weerberichten interpreteren. Sterren herkennen en zeevogels kunnen determineren. Je eigen boot koesteren, maar je schepen achter je verbranden.
Kunnen wij dat wel? Hoe weten we nou ooit of we er aan toe zijn? We hebben maar gewoon besloten om te gaan. Hoe dan ook en dan zagen we wel. Vanaf dat moment vroegen we ons continu af of we alles wel goed voor mekaar hadden. Hebben we nog meer apparatuur nodig, genoeg zeilen meegenomen, reserve moertjes en schroefjes, genoeg medicijnen, en welke dan? Hebben we alle zeekaarten nodig? Zal de windmolen genoeg stroom laden? Waar halen we weerberichten vandaan? Hebben we een zeeanker nodig, moet ik nog een aardplaat monteren? Verbruikt de koelkast niet teveel stroom? Zijn we niets vergeten? Kunnen we wel weg?
Het antwoord op die laatste vraag hebben we onszelf maar gegeven, zonder al te veel feitelijke onderbouwing. Op een regenachtige middag in juli floepte het antwoord eruit: Ja, we kunnen weg!
Het was het belangrijkste antwoord op al onze vragen, al wisten we dat toen niet. Als je eenmaal onderweg bent worden alle andere vragen namelijk vanzelf beantwoord. Dat gaat heel geleidelijk en natuurlijk. Als ik een jaar later terugdenk aan alle vragen die we hadden, verbaast het me dat al die antwoorden zo gemakkelijk zijn gekomen. Bijna dertienduizend zeemijl zijn onder de kiel doorgegaan sinds de Blauwe Pinquin Nederlandse wateren verliet en we zitten nog steeds vol vragen. Allemaal nieuwe vragen, die zich elke dag weer aandienen. Het verschil met eerst is dat we er nu op vertrouwen dat de meeste vragen vanzelf worden beantwoord. We hoeven ons nu dus alleen nog maar te concentreren op de echt belangrijke vragen.
Vandaag is de belangrijke vraag: gaan we ankerop of blijven we nog even liggen? We liggen op het uiterste zuidpuntje van Moorea achter 30 meter ankerketting. We zijn prinsheerlijk alleen, om ons heen een uitgestrekt rif met een bevaarbare maar doodlopende geul erdoorheen. We hebben vrij uitzicht op Moorea en achter ons, in de verte zien we Tahiti liggen. Het waait 30 knopen, windkracht 6. Vanmorgen om 7 uur hebben we heerlijk in het zonnetje ontbeten. De zon kwam achter Tahiti tevoorschijn en bescheen de puntige groene bergen van Moorea. We liggen vol in de wind, die sinds een uur of negen hard uit het Noordoosten komt. Er staat 6 meter water onder de kiel, ons anker ligt verderop, op 9 meter diepte. Het water is aanlokkelijk lichtblauw en ondanks de golven kan je de bodem makkelijk zien.
Om acht uur gaan we aan de slag. De gebroken zeereling moet worden vervangen. Op Tahiti hebben we 4 mm RVS verstaging met een oogterminal en een draadeind op maat laten walsen. Acht meter achtentachtig lang. We demonteren de zonnepanelen en verwijderen de provisorische zeereling die we op Nuku Hiva hadden gemaakt. Er vaart een kano voorbij met twee stevige lokale deernes in bikini. Ze gaan hun kreeftenpotten leeghalen. Door de golfslag zijn ze kletsnat maar ze hebben een hoop lol en zwaaien enthousiast. Om 11 uur zitten er twee fonkelnieuwe relingen op de boot en hebben we de zonnepanelen weer strak en stevig gemonteerd. We koken wat rijst en eten het restant van de curry van gisteravond op. We hadden voor een prikkie een hele lading basilicum gekocht en samen met een cocosnoot die we nog hadden liggen en wat curry hebben we daar twee dagen heerlijk van gegeten. Als de boot weer is opgeruimd en onze RVS voorraad opnieuw is ingedeeld waait het 7 Bft. En is de werkdag ten einde. Tijd voor recreatie.
Gaan we wel varen als het zo hard waait? Komen we daar wel tegen in? Wat als de motor uitvalt, knallen we dan op het rif? Is het zeil klaar om te hijsen in noodgevallen? We wachten het nog even af, maar om 14 uur gaan we ankerop. De windgolven rollen over het dek, en dat terwijl we binnen in de lagune zijn. De Pinquin kruipt langzaam vooruit tegen de korte steile golfjes, en het duurt even voordat we op gang zijn. We varen pal in de wind naar een stadje een paar mijl verderop. De lagune is te smal om aan de wind te zeilen. Bij het stadje kunnen we in de luwte van een bergwand ankeren en misschien nog een leuke wandeling maken. Na een uurtje varen valt het anker en liggen we weer in de bewoonde wereld.
We liggen voor een kerkje en op een strandje zwemmen wat kinderen. Het stadje ligt in een prachtige vallei, ommuurd door sappig groen begroeide bergwanden. Het lijkt erg veel op Fatu Hiva waar we eerder waren, alleen is hier wat meer beschaving. De meeste huisjes zijn kleine paleisjes die verstopt zijn in groene weelde. Overal bloemen en mooi groen. We maken een wandeling in de richting van een waterval, maar die halen we niet want we willen voor donker terug zijn in het dorp. Ik wil mijn 2 lege statiegeldflessen bier omruilen voor volle, maar de supermarkt staat naast de kerk en verkoopt dus geen drank. Ik snap het verband niet, maar de supermarkt-meneer vertelt het me alsof het de normaalste zaak van de wereld is. Naast de kerk geen drank. Het is zeker geen katholieke kerk? Nee, het is een protestantse tempel. Ok.
De belangrijke vraag voor morgen: Gaan we naar de waterval wandelen of het onderwaterschip schrobben? Het antwoord weten we morgenavond.
Groeten
Ben
----------
radio email processed by SailMail
for information see: http://www.sailmail.com
Wandelen Wandelen Wandelen Wandelen
BeantwoordenVerwijderenHier in de Westkaap in Zuid Afrika kun je dankzij de N.G. geen bier kopen in supermarkten... wel wijn... voor bier moet je naar de speciale drankhandel en doe dit vooral voor donderdag avond of na maandag ochtend want anders zit het slot erop. Koste mij ook wat moeite om te accepteren dat onze lieve heer volgens de Gereformeerden geen dorst heeft in het weekend. :-)
BeantwoordenVerwijderenwat op zich ook wel een handig antwoord is om te vragen, is: "willen we de waterval zien of is de aangroei bij de buren groener?". Dat in essentie natuurlijk ook weer op die ene vraag uitkomt... Gaan we? of niet? dat in essentie natuurlijk de vraag van het leven is... jullie gaan eerst wandelen en dan de boot schrobben?
BeantwoordenVerwijderenDe pepernotenpot is weer gevuld.
BeantwoordenVerwijderenEindelijk
Hoi Hoi!
BeantwoordenVerwijderenLang lang niets gelezen op jullie blog, nu met 'n link in 'n mailtje van m'n moeder weer eens een verhaal van jullie genuttigd. :) Dat schreef je duidelijk niet op 'n humorloze dag! (Die ga ik trouwens invoeren op m'n werk in de klas, geweldig!)
Heb 't voornemen weer eens wat vaker jullie teksten te lezen...was even druk bezig met zwanger zijn...maar da's nu over! (Hij heet Bram.)
Volgens mij vermaken jullie je kostelijk, geniet ervan!
Liefs,
Mirjam